Terug
Gepubliceerd op 22/12/2022

Besluit  Gemeenteraad

ma 19/12/2022 - 20:00

Belasting op de huis-aan-huisverspreiding van ongeadresseerd reclamedrukwerk voor de aanslagjaren 2023-2025. Goedkeuring.

Aanwezig: Dirk Le Roy, voorzitter
Danny Claeys, burgemeester
Thomas Van Ongeval, Viviane De Preester, Dirk Vos, Ivan Schaubroeck, Annemie De Gussem, schepenen
Christiaan Van herzeele, Yves Ghyselinck, Nele Le Roy, Frank Dhaenens, Anja De Jans, Daan Vanheel, Matthias Ghijs, Simon Van Poucke, Walter Leenders, Charlotte Ingels, Peter Vermaerke, Luc Goesaert, raadsleden
Steven Van de Velde, algemeen directeur
Verontschuldigd: Femke Colenbie, Peter Tolpe, raadsleden
Aanleiding

Het bestaand belastingreglement op de huis-aan-huisverspreiding van ongeadresseerd reclamedrukwerk met handelskarakter voor de aanslagjaren 2020-2025 wordt met ingang van 1 januari 2023 vervangen door het onderstaande belastingreglement, teneinde enkele aanbevelingen door te voeren.

Context / feiten / argumenten

De financiële toestand van de gemeente.

Het ongevraagd en systematisch verspreiden van ongeadresseerd reclamedrukwerk en gelijkgestelde producten in alle brievenbussen is nadelig voor het milieu, het volume papierafval verhoogt en het brengt bijkomende kosten van onder meer afhaling en verwerking mee.

Het beginsel dat ‘de vervuiler betaalt’ betekent dat de kosten voor maatregelen ter voorkoming, vermindering en bestrijding van verontreiniging en voor het herstellen van schade voor rekening zijn van de vervuiler.

In het licht van bovenvermelde doelstellingen, is het redelijk en objectief gerechtvaardigd om het belastbaar feit te beperken tot de huis-aan-huisverspreiding van reclamedrukwerken, vermits drukwerken zonder publicitair en commercieel karakter (algemene) informatie bevatten, en daarmee een bepaalde taak van algemeen belang of openbaar nut vervullen. Over het algemeen worden reclamedrukwerken ook frequenter en op grotere schaal verspreid dan drukwerken van louter informatieve aard.

In het licht van de bovenvermelde doelstellingen, is het redelijk en objectief gerechtvaardigd om een vrijstelling in te voeren voor de publicaties van onderwijsinstellingen/scholen, socioculturele- en sportverenigingen, politieke partijen, overheden en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden,  aangezien deze instellingen niet stelselmatig drukwerken verspreiden en deze drukwerken meestal van geringe omvang zijn. De door deze instellingen uitgegeven drukwerken houden bovendien ook veelal een noodzakelijk en rechtstreeks verband met hun socio-culturele aard, hun publieke of onderwijsfunctie, of dragen bij tot een actieve deelname aan de democratie, of vervullen een informatiebehoefte of houden verband met de taak van een bestuurlijke overheid, zodat zij een bepaalde taak van gemeentelijke of algemeen belang dan wel van openbaar nut vervullen

In het licht van de bovenvermelde doelstellingen, is het tevens redelijk en objectief gerechtvaardigd om een vrijstelling in te voeren voor reclamedrukwerken kleiner of gelijk aan A4 met een maximum van 2 bladzijden, aangezien de financiële en ecologische impact veel minder zwaar weegt dan de verspreiding van grotere en/of omvangrijkere reclamedrukwerken.  

Een belasting moet effectueerbaar, rendabel en eenvoudig uitvoerbaar zijn, rekening houdende met de kosten verbonden aan de controle, vestiging en inning van de belasting. Vandaar dat er in het belastingreglement wordt gewerkt met drie mogelijke bedelingsgebieden ter bepaling van de belastbare grondslag. Om diezelfde reden wordt er in het belastingreglement ook voorzien in een hoofdelijke aansprakelijkheid t.a.v. alle partijen die hebben bijgedragen tot het zich voordoen van het belastbaar feit.

Juridische overwegingen

Artikel 170, § 4, Grondwet.

Artikel 40, §3 en artikel 41, 14° van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zijn latere wijzigingen en zijn uitvoeringsbesluiten.

Het Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (Materialendecreet).

Het besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA).

Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen.

De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit.

Tussenkomsten gemeenteraadsleden

Raadslid Nele Le Roy stelt tegen deze belasting te zijn omdat ze niet middenstand vriendelijk is. De gemeente geeft zelf een infokrant uit met veel papier.

Raadslid Dhaenens Frank vraagt om de lokale ondernemer er uit te halen. Dit kan niet in het kader van het gelijkheidsprincipe.

Raadslid Daan Vanheel stelt dat de geschiedenis zich herhaalt. Er was toen gevraagd een evaluatie te maken. Dit is niet gebeurd en we blijven zo verder het reglement in stand houden. De inkomsten van deze belasting gaan achteruit, dus er zijn minder blaadjes.

Publieke stemming
Aanwezig: Dirk Le Roy, Danny Claeys, Thomas Van Ongeval, Viviane De Preester, Dirk Vos, Ivan Schaubroeck, Annemie De Gussem, Christiaan Van herzeele, Yves Ghyselinck, Nele Le Roy, Frank Dhaenens, Anja De Jans, Daan Vanheel, Matthias Ghijs, Simon Van Poucke, Walter Leenders, Charlotte Ingels, Peter Vermaerke, Luc Goesaert, Steven Van de Velde
Voorstanders: Dirk Le Roy, Danny Claeys, Thomas Van Ongeval, Viviane De Preester, Dirk Vos, Ivan Schaubroeck, Annemie De Gussem, Christiaan Van herzeele, Yves Ghyselinck, Anja De Jans, Walter Leenders, Peter Vermaerke, Luc Goesaert
Onthouders: Nele Le Roy, Frank Dhaenens, Daan Vanheel, Matthias Ghijs, Simon Van Poucke, Charlotte Ingels
Resultaat: Met 13 stemmen voor, 6 onthoudingen
Besluit

Artikel 1 - Voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 wordt een belasting gevestigd op het huis-aan-huis verspreiden van ongeadresseerd reclamedrukwerk  en daarmee gelijkgestelde producten op het grondgebied van de gemeente Nazareth.

Artikel 2 -

  • Onder reclamedrukwerk wordt verstaan elke publicatie die er toe strekt bekendheid te geven aan commerciële activiteiten, handelszaken, merknamen en andere elementen en die erop gericht is een potentieel cliënteel ertoe te bewegen gebruik te maken van de diensten en/of producten van de adverteerder.
  • Onder gelijkgestelde producten wordt verstaan de stalen of reclamedragers van gelijk welke aard tot gebruik van het aangeprezen product of de aangeboden dienst.
  • Onder huis-aan-huisverspreiding wordt verstaan het systematisch achterlaten van het drukwerk zonder adressering in de brievenbussen aanwezig op het gemeentelijk grondgebied, zonder dat de bestemmeling hiervoor enig initiatief heeft betoond.
  • Onder adverteerder wordt verstaan: de fysieke of rechtspersoon voor wiens activiteiten en/of diensten en/of producten er reclame wordt gemaakt.

Artikel 3 - De belasting is verschuldigd telkens er een huis-aan-huisverspreiding van reclamedrukwerk of een daarmee gelijkgesteld product plaatsvindt.

Artikel 4 - De belasting is verschuldigd door de adverteerder. Indien het reclamedrukwerk (of daarmee gelijkgesteld product) betrekking heeft op meerdere adverteerders, of indien de identiteit van de adverteerder niet kan worden vastgesteld op basis van (de inhoud of de boodschap van) het reclamedrukwerk (of daarmee gelijkgestelde product), dan is de belasting verschuldigd door de (verantwoordelijke) uitgever.

Zowel de adverteerder als de (verantwoordelijke) uitgever zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. Indien een drukwerk betrekking heeft op meerdere adverteerders, is elk van deze fysieke of rechtspersonen hoofdelijk aansprakelijk tot betaling van de belasting in zijn geheel.

Artikel 5 - De belasting wordt vastgesteld op € 0,022 per enkelbladig of meerbladig exemplaar per bedeling.

Drie mogelijke bedelingsgebieden worden gedefinieerd: de deelgemeente Eke, de deelgemeente Nazareth en het totale grondgebied van de gemeente. De minimale aanslag zal minstens het bedelingsgebied van één deelgemeente omvatten. Bij de bedeling van folders in één van de vermelde bedelingsgebieden is steeds de aanslag verschuldigd voor het volledige bedelingsgebied.

Het aantal brievenbussen dat elk bedelingsgebied telt, zal jaarlijks worden vastgesteld door het College van burgemeester en schepenen op basis van de gegevens van de Belgische Distributiedienst (BD). 

Artikel 6 - De volgende publicaties zijn van de belasting vrijgesteld:

  • publicaties van onderwijsinstellingen/scholen
  • publicaties van socioculturele en sportverenigingen en politieke partijen
  • publicaties van overheden en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden
  • publicaties kleiner of gelijk aan A4 met maximum 2 bladzijden.

Artikel 7 - De belastingplichtigen zijn ertoe gehouden bij het gemeentebestuur aangifte te doen vóór het einde van ieder kwartaal van de verspreiding van het onder artikel 2 bedoelde reclamedrukwerk (of daarmee gelijkgestelde product) op het daartoe bestemde formulier dat op verzoek aan de belastingplichtige ter beschikking wordt gesteld door het gemeentebestuur. De aangifte dient alle inlichtingen te bevatten, nodig voor het vestigen van de aanslag.

Artikel 8 - Bij gebrek aan aangifte binnen de in artikel 7 gestelde termijn, of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, kan de belasting ambtshalve worden ingekohierd. Vooraleer wordt overgegaan tot de ambtshalve vaststelling van de belastingaanslag, betekent het College van burgemeester en schepenen aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van die kennisgeving om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.

Artikel 9 - De ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met 20% bij een eerste overtreding, 50% bij een tweede overtreding en 100% bij een derde overtreding.  Het bedrag van deze verhoging wordt ook ingekohierd.

Artikel 10 - De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het College van burgemeester en schepenen. Per aangifteperiode van één kwartaal wordt er minstens één belastingkohier opgemaakt.

Artikel 11 - De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na verzending van het aanslagbiljet.

Artikel 12 - De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het College van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk worden ingediend en worden gemotiveerd. De indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van 3 maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

Artikel 13 - Dit belastingreglement wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.

Artikel 14 - Dit belastingreglement treedt in werking op 1 januari 2023.

Het voorgaande belastingreglement d.d. 16 december 2019 inzake de belasting op de huis-aan-huisverspreiding van ongeadresseerd reclamedrukwerk met handelskarakter voor de aanslagjaren 2020-2025, blijft van toepassing voor de belastbare feiten die zich hebben voorgedaan vóór 1 januari 2023, maar wordt opgeheven voor de belastbare feiten die zich voordoen vanaf 1 januari 2023.